Inconnus in het kort

Technische mogelijkheden in de zorg rondom mensen nemen, niet alleen in aantal maar ook in vernuft, in grote mate toe. Van de arts of de onderzoeker wordt verwacht dat hij deze technieken in huis en liefst ook nog vlekkeloos in de vingers heeft. Logisch dat er dan vragen rijzen als hoe de beroepsbeoefenaar deze groei en ontwikkelingen bij kan houden en hoe hij/zij zich de nieuwe of veranderde ingreep eigen kunnen maken. Uitproberen op de eerst volgende casus?

Tot voor kort werd het niveau van het resultaat nog bepaald door de individuele capaciteiten van de lokale vakspecialist. Maar de eerder genoemde ontwikkelingen maken dat er binnen een specialisme een keuze ontstaat. Nog voordat een medewerker gespecialiseerd is, is de kans groot dat de door hem of haar aangeleerde technieken al aangepast of verouderd zijn.

Onderzoekstechnieken, verfijning, vernieuwing en uitbreiding van de mogelijkheden om ingewikkelde probleemgevallen tot een goed eind te brengen, zijn aan de orde van de dag.

Betrokkenen, nabestaanden en omstanders worden steeds mondiger en veeleisender. Zij horen eens wat van kennissen, zien een programma op televisie, lezen een artikel in tijdschriften of op het internet over een verbeterde of nieuwe techniek, passend bij hun situatie. Dan vragen zij zich af waarom deze techniek niet bij hen wordt of werd toepast. “Omdat ik die niet beheers” is dan het meest eerlijke antwoord.

Waarom beheerst hij die niet ?

Geen enkele volleerd vakspecialist wil graag, in de toch al krappe hem toegewezen tijd en soms ook financiën, extra tijdsduur in lassen om een collega iets aan te leren. Dat is niet bevorderlijk voor de betreffende situatie, maar maakt ook dat volgende projecten nog langer moeten wachten. Bovendien rijst de vraag welke vakspecialist welke techniek beheerst en hoe zoekende collega’s hier achter kunnen komen. Dit vergt een gigantisch administratief apparaat.

Ieder kan zich een soortgelijke situatie voor de geest halen waar het forensisch werk, archeologie, thanatopraxie enz. betreft. Lichamelijke en geestelijke gezondheid van betrokkenen, historisch besef en mogelijk politieke impact ervan zijn aspecten die in het gedrang kunnen komen door gebrek aan vooral systematische overdracht en ontwikkeling van deskundigheid.

De basis van een centrum zoals hierboven bedoeld, is een bestand aan vrijwilligers.

Vrijwilligers die zich bij leven en welzijn inschrijven als toekomstig donor en daarmee hun lichaam beschikbaar stellen voor het onderwijs en onderzoek dat plaats zal vinden onder auspiciën van het EAC.